Skip to main content
In de regio

Van de OV-professionals - Met het OV door Toulouse is geen pretje

‘Fransozen kopen nog liever een grote auto dan een normaal huis’, concludeert Reepa wat gefrustreerd, terwijl we op het dorpsplein van het Franse stadje Blagnac, onder de rook van Toulouse, zitten te wachten op de bus. Het is zaterdagmiddag, we zijn zojuist naar een traditionele dorpsmarkt geweest en moeten nog zo’n 20 minuten wachten op de volgende bus. Ondertussen scheuren Audi’s, Mercedessen en Peugeots voorbij. Verrassend vaak zit er één persoon in de grote wagen en meestal zijn het jonge gasten. Ik vraag me af waarom en mijn gastvrouw begint een relaas.

Editie 3, 2022  |  Guus Puylaert, hoofdredacteur OV-Magazine

Tram Toulouse – Blagnac
OV-netwerk Toulouse

Haar frustratie komt voort uit het feit dat haar rijbewijs uit geboorteland India niet geldig is in Frankrijk. Ze emigreerde voor haar werk als vliegtuigtechnicus naar Toulouse, maar moest daar opnieuw rijlessen nemen. Daar heeft ze geen zin in. Liever dan een grote auto, heeft ze een ruim huis. Dat vond ze in nieuwbouwwijk Blagnac. Maar daardoor is ze wel afhankelijk van de bus. ‘Die kost me minstens twee keer zoveel reistijd als de auto.’ Voor grote boodschappen vraagt ze haar Franse vrienden met auto om te helpen.

Ik begrijp het niet zo goed. Een dag eerder had ik via het platform Couchsurfing een slaapplek geregeld bij een voor mij toen nog onbekende vrouw. Dat is een deel van mijn avontuur, waarbij ik gewapend met een backpack en Interrailticket vier maanden door (Zuid-)Europa reis. Toulouse kent een slim OV-netwerk met twee metrolijnen, een tramlijn en een regiotrein die op meerdere punten verknoopt zijn en goed op elkaar aansluiten. Op deze knopen waaieren legio busstreeklijnen uit naar de regio.

Als ik vanaf station Marengo per metro naar de centrale knoop Arènes reis en overstap op tram 1 richting Aèroconstellation, ben ik in 40 minuten bij Reepa’s huis. Bus 70 doet het vanaf Arènes sneller, maar die rijdt minder vaak en ik kan de bushalte zo snel niet vinden. Gelukkig mag ik met een ticket van € 1,70 één uur lang alle vervoersvormen gebruiken. Prima geregeld, dacht ik zo.

Tot ik verhuis naar een hostel in Colomiers, een ander voorstadje van Toulouse. Met de auto is het vanaf Reepa’s huis 15 minuten rijden. Maar het OV is doet er ruim een uur langer over, want Colomiers is niet aangesloten op het metro- en tramnetwerk. Voor de regiotrein en de bus moet ik eerst terug naar de stad Toulouse. Volgens Google kan ik met de tram naar halte Cartoucherie en daar een andere bus pakken, maar de halte ligt wel 300 meter verderop en ik moet 20 minuten wachten. De reistijd staat me behoorlijk tegen, ondanks het goedkope kaartje.

’s Avonds schrijf ik Reepa dat ik haar toch wel gelijk moet geven. Wil je mensen in nieuwbouwwijken verleiden om voor het OV te kiezen, dan moeten de verbindingen in orde zijn. Volgens mij had de lokale overheid beter met een streeklijn de verschillende dorpskernen met elkaar kunnen verbinden. Haar reactie: Hah, ya think :-) spreekt boekdelen.

Dit is een bijdrage vanuit OV-Magazine, hét vakblad voor OV-professionals over openbaar vervoer.