Skip to main content
Artikel geleverd door OV-Magazine

Hoe belangrijk is de sociale kant van het OV?

Wat is de functie van openbaar vervoer? Die vraag is aan de orde van de dag, nu steeds meer buslijnen en -haltes uit buitengebieden verdwijnen. Hoe erg vinden we het dat vervoersarmoede groeit? En als we dat erg vinden: hoeveel zijn we dan bereid te investeren om openbaar vervoer toegankelijk voor iedereen te houden? De politiek is aan zet.

Editie 2, 2022  | Guus Puylaert, hoofdredacteur OV-Magazine

Gelderland: volgend jaar 13 miljoen euro minder voor bus en trein!
Foto: Martin Oudenaarden

 

Alarmerende geluiden, begin maart. In het tv-programma Pointer werd duidelijk dat er de afgelopen vijf jaar 527 bushaltes verdwenen op plekken waar binnen 400 meter geen alternatieve halte was. Zo wilde de redactie inzichtelijk maken hoe de bereikbaarheid op bepaalde plekken onder druk stond. Conclusie: de vervoersarmoede in Nederland groeit.

Een logische vervolgvraag is hoe we daarmee om willen gaan. Na een dikke twintig jaar marktwerking is het nauwelijks een verrassing te noemen dat steeds meer buslijnen worden ‘gestrekt’. Daarmee verdwijnen uiteraard ook bushaltes. Voor de massa geen probleem. Het merendeel van de reizigers wil juist comfortabele en snellere bussen die minder vaak stoppen. Juist in tijden waarin de OV-sector zijn best moet doen om reiziger terug te winnen die ‘sinds corona’ nog steeds niet terug zijn, is dit een krachtig argument.

Aan de andere kant delft de minderheid dan het onderspit. En die minderheid is juist afhankelijk van het OV, omdat zij geen andere mobiliteit beschikbaar heeft. Wat willen ‘we’ met het OV? Meer leefbaarheid, bereikbaarheid voor iedereen of juist een efficiënt en kostenbewust systeem? Kortom: wat is de sociale functie van het OV en hoeveel wensen we daarvoor te betalen? Adviseur Edward Rosbergen (MuConsult) zei daarover in OV-Magazine: “Het probleem is dat nooit landelijk is afgesproken wanneer de sociale functie goed is ingevuld. De verantwoordelijkheid daarvoor is bij decentrale overheden gelegd. Daardoor worden overal andere keuzes gemaakt.”

In dat licht ben ik heel benieuwd naar de nieuw te vormen provinciebesturen. Bij de provinciale verkiezingen werd ‘plattelandspartij’ BBB de grootste. De partij noemt ‘openbaar vervoer’ in het partijprogramma welgeteld vijf keer en zegt dat OV op het platteland gratis moet worden voor studenten, 65-plussers en mensen met een minimuminkomen. Ook vindt de partij dat goede voorzieningen nodig blijven, wat ik interpreteer als: zo min mogelijk haltes laten verdwijnen.

Op de vraag van OV-Magazine hoe de partij dat wil betalen, reageerde de BBB vooralsnog niet. Maar de PvdA en GroenLinks stelden eerder ook voor om OV gratis te maken voor mensen met een minimuminkomen. De partijen willen daar 400 miljoen euro voor uittrekken, wat betaald moet worden vanuit belastingverhogingen voor middeninkomens. Tweede Kamerlid Fahid Minhas (VVD) zei direct dit een belachelijk plan te vinden – niet verbazend voor deze ‘autopartij’.

Het zijn dus politiek spannende tijden voor het OV. Welke kant het opgaat is nu nog niet bekend, maar het besef dat ‘de sociale kant van OV’ jarenlang onderbelicht is geweest en meer aandacht verdient, lijkt door te dringen. Het thema leeft dus. Ik ben benieuwd hoe dit zo meteen uit gaat pakken in de praktijk.