Skip to main content
31
maart
2017

R-net Leiden - Zoetermeer

De gevolgen van R-net op de lijn Leiden – Zoetermeerr net zoetermeer alphen bus en halte

Met ingang van de dienstregeling 2015, op 14 december 2014, is de busverbinding Leiden-Zoetermeer deel gaan uitmaken van R-net (R-400). Reden er tot dan toe zowel bussen door het dorp Zoeterwoude als om Zoeterwoude heen, sindsdien gaan alle bussen om Zoeterwoude heen. Daarmee werd tijdwinst op de verbinding Leiden-Zoetermeer beoogd, maar het betekende ook grotere loopafstanden naar de haltes voor de inwoners van Zoeterwoude Dorp.

In opdracht van de provincie Zuid-Holland zijn de gevolgen onderzocht door het bureau Ligtermoet & Partners. Zij constateren dat het aantal reizigers aanzienlijk is toegenomen. Rover Holland Rijnland heeft er tot nu toe altijd voor gepleit korte loopafstanden naar de haltes te behouden ook wanneer dat tot langere rijtijden leidt. De vraag is of de ontwikkelingen bij de R-400 reden moeten zijn dat standpunt te wijzigen.

Daartoe is het wenselijk de resultaten van Ligtermoet & Partners aan een nadere beschouwing te onderwerpen. Daarbij springen drie punten in het oog:

  • L&P hebben de reizigersgroei niet afgezet tegen de ontwikkeling van de reizigersaantallen op andere Arriva lijnen.

  • L&P vergelijken de jaren 2014 en 2015, waarvan 2014 een slecht jaar was voor het openbaar vervoer in Leiden door de afsluiting van de Breestraat.

  • Uit de data van L&P blijkt dat vooral het aantal instappers binnen Leiden is gestegen. Dat zou ook kunnen komen omdat R-400 reizigers heeft getrokken die eerder gebruik maakten van andere bussen langs dezelfde route in Leiden, zoals de stadbussen en bus 45.

Om al deze redenen zijn we de ontwikkeling nagegaan van het gebruik van alle bussen die de haltes van R-400 aandoen, op basis van de herkomst- en bestemmingsmatrices over de jaren 2013 t/m 2016 zoals die door Arriva aan het ROCOV Zuid-Holland Noord zijn verstrekt. We kunnen dan ook de ontwikkeling van het totale busvervoer in het concessiegebied volgen, het jaar 2014 krijgt minder nadruk, en substitutie-effecten worden geëlimineerd, omdat we het totale aantal passagiers tussen de R-net haltes beschouwen, of ze nu wel of niet gebruik gemaakt hebben van R-400.    

Maar eerst gaan we na wat er nu precies veranderd is in de lijnvoering.

De lijnvoering

Tot medio december 2012, was er tussen Leiden en Zoetermeer zowel een ontsluitende lijn (bus 32) als een snelbus (lijn 206). De nieuwe concessie op basis waarvan Arriva daarna het busvervoer verzorgde, vroeg om meer gestrekte lijnen. Daarom koos Arriva er toen voor het aantal ontsluitende bussen te verminderen tot maximaal één per uur, en meer snelbussen te laten rijden. Beide kregen hetzelfde lijnnummer (365) omdat anders voor de ontsluitende bussen een lager tarief had moeten gelden. Daarbij reden de ontsluitende bussen niet in de ochtend- en avondspits, zodat ze nauwelijks bruikbaar waren voor het woon-werkverkeer.

Onderstaande tabel geeft de ontwikkelingen weer in de periode 1990-2013, zowel wat betreft de rijtijden als de aantallen bussen per etmaal in de richting Zoetermeer. De getallen zijn ontleend aan de dienstregelingen.

Tabel 1

90/91

94/95

98/99

2006

2011

2013

Maatschappij

NZH

Westned.

ZWN

Connexxion

Conn.

Arriva

Lijnnummer snelbus

204

204

204

206

206

365

lijnnummer ontsl .bus

170

170

170

32

32

365

Rijtijd ochtendspits

Snelbussen

26

26

27

24

26

26

Ontsluitende bussen

33

33

33

32

33

29

Aantallen bussen

Snelbussen

12

30

31

41

76

96

Ontsluitende bussen

31

31

31

31

32

16

Totaal

43

61

62

72

108

112

Eindpunt

R'dam

R'dam

R'dam

Z'meer

Z'meer

Z'meer

In de periode 1990-2011 is de frequentie van de sneldienst aanzienlijk toegenomen, van 12 per etmaal naar 76. De rijtijd is in die periode nagenoeg onveranderd gebleven (26 min). Dat geldt ook voor de frequentie van de ontsluitende bussen (van 31 naar 32 per dag).

Aanvankelijk reden de bussen door naar Rotterdam, later is Zoetermeer Centrum West als eindpunt gekozen. Het beginpunt van de ontsluitende buslijn 32 werd toen naar Katwijk verplaatst, tot 2011. In 2013 en 2014 is aan bus 365 een bus Leiden-Leiderdorp-Schiphol gekoppeld met een half-uursfrequentie.

Opmerkelijk is dat de grote frequentiestijging op het tracé Leiden – Zoetermeer nagenoeg buiten de publiciteit is gebleven. De lokale politici richtten zich geheel op een tweede railverbinding met Alphen aan den Rijn (de z.g. RijnGouwelijn), maar waren niet geïnteresseerd in de verbinding met Zoetermeer.

Met de overname van de lijn door Arriva in 2013 is de frequentie van de snelbussen opnieuw verhoogd, naar 96. Dat is in belangrijke mate ten koste van de ontsluitende bussen gegaan. Maar de totale frequentie nam toe. Tegelijkertijd werd de rijtijd van de ontsluitende bussen verlaagd door de bussen te leiden via de Breestraat in plaats van via de Witte Singel. Daardoor is het verschil met de snelbussen gereduceerd tot 3 min.

Onderstaande tabel geeft aan hoe het vervolgens met de verbinding onder Arriva is gegaan.

Tabel 2

2013

2014 I

2014 II

2015

2016

2017

Maatschappij

Arriva

Arriva

Arriva

Arriva

Arriva

Arriva

Lijnnummer snelbus

365

365

365

400

400

400

Lijnnummer ontsl .bus

365

365

365

Rijtijd ochtendspits

Snelbussen

26

27

31

26

27

28

Ontsluitende bussen

29

30

36

Aantallen bussen

Snelbussen

96

89

87

107

106

106

Ontsluitende bussen

16

18

16

Totaal

112

107

103

107

106

106

Eindpunt

Z'meer

Z'meer

Z'meer

Z'meer

Z'meer

Z'meer

In de tweede helft van 2014 was de Breestraat afgesloten (vanaf 29 juni tot het begin van de volgende dienstregeling), waardoor de bussen moesten omrijden via het tracé Hooigracht-Langegracht en er een tijdelijke dienstregeling ging gelden, in de tabel aangeduid als 2014-II. Zowel voor de snelbus als voor de ontsluitende bus nam daardoor de rijtijd toe.

In 2015 werd R-net ingevoerd en werden de ontsluitende bussen geheel opgeheven. Wel ging er voor de inwoners van Zoeterwoude Dorp elk uur een busje rijden dat ze naar de haltes van de snelbus bracht, maar wegens gebrek aan belangstelling is ook dat opgeheven.

Invoering van R-net heeft niet tot een hogere kwaliteit van de dienstregeling geleid. Het totaal aantal bussen is verminderd van 112 in 2013 naar 106 in 2017. De rijtijd van de snelbus is gestegen van 26 min in 2013 naar 28 min in 2017. Dat is nog maar één minuut minder dan de rijtijd van de ontsluitende bus in 2013. Naast de toenemende verkeersdrukte en de werkzaamheden in de Leidse Binnenstad speelt daarbij ook een rol dat buslijn 400 twee haltes meer heeft dan de oude lijn 206: bij Stompwijk en bij het transferium A4.

De aantallen reizigers

Onderstaande tabel geeft de aantallen instappers in de jaren 2013 t/m 2016 voor verschillende haltes of clusters van haltes van de bussen tussen Leiden en Zoetermeer. Daarbij zijn de volgende clusters gehanteerd:

  • Leiden Centrum: de haltes Breestraat, Korevaarstraat, Pelikaanstraat en Sint Jorissteeg. Deze laatste twee haltes kwamen in de plaats van de eerste twee tijdens de afsluiting van de Breestraat in de tweede helft van 2014.

  • Zoeterwoude Noord: de nieuwe halte P+R A4 tezamen met de haltes langs de ontsluitende lijn die daar het dichtstbij lagen: Kruisherenweg, Miening en Raadhuis. Aangenomen mag worden dat omwonenden van deze drie haltes voor zover ze na de opheffing van de ontsluitende lijn nog de bus genomen hebben, zijn opgestapt bij de nieuwe halte P+R A4.

  • Zoeterwoude Zuid: de haltes Zoeterwoude Dorp (eerst Westeindseweg), Bouwdijkstraat, Kortmannstraat, Swetterhage en Oosteinde.

  • Zoetermeer: alle haltes in Zoetermeer.

De aantallen instappers vanuit deze clusters van haltes hebben zich als volgt ontwikkeld:

Tabel 3

2013

2014

2015

2016

Stijging in

drie jaar

Instappers

Leiden Station Centraal

557.498

580.985

628.392

683.115

22,5%

Leiden Centrum

325.001

316.741

366.283

420.919

29,5%

Leiden Lammenschans

181.963

202.074

240.944

242.457

33,2%

Zoeterwoude Noord

4.515

5.340

29.900

38.930

762,2%

Zoeterwoude Zuid

53.655

53.768

52.259

55.096

2,7%

Stompwijk

20.879

19.992

23.265

25.361

21,5%

Zoetermeer

413.485

442.308

480.265

486.466

17,7%

Totaal

1.556.996

1.621.208

1.821.308

1.952.344

25,4%

Hele concessiegebied

14.370.133

14.844.696

16.544.642

17.157.374

19,4%

Stijging in één jaar

Bereik R-400

4,12%

14,50%

7,20%

Hele concessiegebied

3,30%

11,50%

3,70%

Tabel 3 bevestigt dat het aantal reizigers tussen de voor R-net relevante haltes aanzienlijk is gestegen, met 25,4% in drie jaar. Dit overtreft de totale stijging in het concessiegebied Zuid-Holland Noord die in deze periode 19,4% bedroeg. Juist in het jaar 2015 waarin R-net werd ingevoerd, zien we ook een sterke stijging van het totale aantal reizigers in het concessiegebied.

Dit hoeft geen reële stijging te zijn; het kan ook zijn dat het aantal reizigers dat de OV-chipkaart gebruikte gestegen is ten opzichte van andere wijzen van betalen. Maar er is geen reden aan te nemen dat dit langs het tracé van R-400 anders zou zijn dan in de rest van het concessiegebied.

Verder is van belang dat de stijging vanaf 2013 enigszins geflatteerd is, omdat in de eerste helft van 2013 Arriva niet reed op lijn 45 van Leiden naar Voorschoten, maar de exploitatie van deze lijn geheel overliet aan Veolia. Vanaf de tweede helft van 2013 nam Arriva een derde van de ritten op deze lijn over.

Daardoor zijn de stijgingspercentages die 2013 als referentie hebben enigszins geflatteerd. Voor het hele concessiegebied is het effect minimaal, maar voor het Leidse deel van het bereik van R-400 heeft het wel enig effect gehad. Dit kan echter niet de hoge groei van het aantal instappers in het centrum van Leiden en bij station Lammenschans verklaren.

Zoetermeer

De stijging is niet bij alle herkomstlocaties hetzelfde. Opmerkelijk is dat het aantal instappers in Zoetermeer achterblijft bij de groei van het totale aantal instappers in het concessiegebied. Dit zijn in hoofdzaak regionale reizigers, waarvan het aantal bij invoering van R-net juist zou moeten toenemen. In die opzet is men dus niet geslaagd, anders dan het rapport van Ligtermoet en Partners suggereert. De meest voor de hand liggende verklaring hiervoor is dat er geen verbetering van de dienstregeling heeft plaats gevonden. Overspuiten van de bussen en luxere abri’s is niet voldoende om meer reizigers te trekken.

Stompwijk

Het aantal instappers in Stompwijk is in drie jaar een fractie meer gestegen dan het totale aantal reizigers in het concessiegebied: 21,5% tegen 19,4%. Dit is opmerkelijk, omdat voor de invoering van R-net de snelbus niet stopte in Stompwijk, en daarna wel, waardoor Stompwijk met een veel hogere frequentie bediend werd. De loopafstand naar de halte nam echter toe. Kennelijk werd dit laatste zodanig bezwaarlijk gevonden dat er per saldo nauwelijks instappers bijkwamen.

Leiden

In tegenstelling tot Zoetermeer, zien we in Leiden wel een aanzienlijke stijging van het aantal instappers, meer dan in het totale concessiegebied. Dit moet intern verkeer binnen Leiden zijn. Omdat alle buspassagiers tussen de betreffende haltes zijn meegenomen, onafhankelijk of ze met R-400 hebben gereid of met andere bussen, kan het niet het gevolg ervan zijn dat reizigers de voorkeur geven aan R-net boven de overige bussen.

Bij deze groei van het busgebruik binnen Leiden kan de lijnvoering geen rol gespeeld hebben, omdat binnen Leiden alle bussen vanuit Zoetermeer vanaf 2013 dezelfde route reden en de frequentie daarvan sindsdien juist verlaagd is. Ook is alleen bij Station Lammenschans een abri in R-net stijl verschenen.

Een verklaring die wel wordt gehoord is dat door de vormgeving bus R-400 gemakkelijker te herkennen valt als een bus die naar de Breestraat rijdt dan de andere bussen. Wanneer dit zo is, zou het aantal reizigers kunnen afnemen wanneer er meer R-net lijnen gaan rijden, omdat die dezelfde vormgeving hebben. Dit zou ervoor pleiten, bussen in verschillende richtingen altijd van een eigen perron te laten vertrekken, en dat ook duidelijk aan te geven.

Binnen het Leidse stadvervoer speelt bus R-400 een opvallende rol. Uit de herkomst- en bestemmingsmatrix voor R-400 voor werkdagen in maart 2016 blijkt dat van de instappers op station Centraal, 22,1% al weer uitstapt in de Breestraat of de Korevaarstraat, 18,5% bij station Lammenschans, samen 40,6%, terwijl 50,1% doorreed naar Zoetermeer. Omgekeerd ging van de instappers in Zoetermeer 52,1% naar Leiden Centraal, 17,0% naar de Breestraat of de Korevaarstraat, en 18,9% naar Leiden Lammenschans. In totaal ging dus 88,0% naar Leiden. Uit Tabel 3 blijkt dat het belang van bus R-400 als lokale busverbinding toeneemt.  

De grootste stijging in Leiden zien we bij station Lammenschans. Daarbij is uiteraard de ontwikkeling van het aantal studenten aan het ROC een relevante factor. Maar de getallen bevestigen ook de toenemende betekenis van het OV-knooppunt Leiden Lammenschans. Het zou reden moeten zijn meer aandacht aan dit knooppunt te besteden, bij voorbeeld door ingangen van het station aan weerszijden van de Lammenschansweg en door meer treinen naar Utrecht.

Opmerkelijk is de dip in het aantal instappers in 2014 op de haltes in het centrum van Leiden. Deze waren een deel van het jaar verplaatst naar Pelikaanstraat en Sint Jorissteeg, en dus verder verwijderd van de Breestraat waarlangs de voor de meeste passagiers interessante bestemmingen liggen.

Het toenemende busgebruik binnen Leiden is van belang in verband met de eventuele verplaatsing van het busstation bij station Leiden Centraal. Daarbij dient dus ook rekening te worden gehouden met stijgend aantal passagiers en dus met meer bussen, terwijl we zagen dat er ter wille van de herkenbaarheid ook voldoende perrons moeten zijn, om per relevante richting de bussen een eigen perron te geven.

Zoeterwoude

De laagste stijging vinden we in Zoeterwoude Zuid. Hier zien we van 2014 op 2015 ook een daling. Dat kan worden verklaard uit het vervallen van de ontsluitende lijn. Bij de betreffende haltes stapten in 2014 11.196 passagiers in, die kennelijk niet alle de halte Zoeterwoude Dorp aan de Westeindseweg als een goed alternatief beschouwd hebben.

Daarentegen overtreft het aantal opstappers bij de nieuwe halte P+R A4 het aantal reizigers uit dit gedeelte van het dorp dat met bus 32 reed met een factor 9. Op een willekeurige werkdag staat het parkeerterrein ook voor een groot deel vol. Het lijkt uitgesloten dat dit komt omdat grote aantallen inwoners van Zoeterwoude Dorp als gevolg van de nieuwe lijnvoering ineens voor de snelbus zijn gaan kiezen.

Het is waarschijnlijker dat de snelbus ontdekt is door automobilisten die hun auto gratis parkeren op de carpoolplaats en vandaaruit met de bus naar Leiden gaan. Dit is gestimuleerd door het parkeerbeleid van de gemeente Leiden, waarbij in een steeds groter gebied rond het centrum betaald parkeren is voorgeschreven. Daarmee heeft de carpoolplaats de functie gekregen van een transferium, wat aan de andere kant van Leiden niet gelukt is. De aanduiding van de halte als P+R A4 wijst er ook op dat deze functie bewust beoogd is. Eerder hebben we bepleit het gebruik van het transferium te bevorderen door langs de A4 aan te geven na hoeveel minuten de eerste volgende bus naar Leiden vertrekt

Gelet op de bezetting van het parkeerterrein is het de vraag wat men wil voor de toekomst. Het gebruik van het parkeerterrein zal waarschijnlijk nog toenemen en het kan ook verder worden gestimuleerd, bij voorbeeld door het duidelijk aan te geven vanaf de A4. Dat is goed voor het openbaar vervoer. Het parkeerterrein moet dan ook uitgebreid worden of voorzien van een parkeerdek.

Conclusies

  • In de hele concessie Zuid-Holland Noord heeft zich in de periode 2013-2016 een aanzienlijke stijging voorgedaan van het aantal reizigers dat de OV-chipkaart gebruikte. In hoeverre dit een reële stijging van het aantal reizigers betekende is onzeker

  • De invoering van R-net tussen Leiden en Zoetermeer heeft niet geleid tot een hogere frequentie of een kortere rijtijd, integendeel.

  • In de relatie Leiden-Zoetermeer is het aantal reizigers niet harder gegroeid dan in de hele concessie.

  • Wel zien we een markante stijging van het aantal reizigers binnen Leiden, die niet verklaard kan worden uit de gewijzigde dienstregeling bij de invoering van R-net. Deze stijging is relevant ivm de noodzakelijke capaciteit van het busstation bij Leiden Centraal.

  • Vooral het aantal reizigers van en naar Leiden Lammenschans groeit sterk. Dit is extra reden deze vervoersknoop verder te ontwikkelen.

  • Het openen van de halte P+R A4 had duidelijk een positief effect op het aantal reizigers. Dit zou reden moeten zijn dit transferium uit te breiden en beter te faciliteren.

  • Slechts een deel van de gebruikers van de ontsluitende bus door Zoeterwoude is de R-net bus gaan gebruiken

  • Al met al kan niet gesteld worden dat het opheffen van de ontsluitende bus door Zoeterwoude een positief effect op het aantal reizigers heeft gehad. Daarmee is er ook geen reden bij andere lijnen de afstand tussen de haltes te vergroten in de hoop zo door een betere doorstroming meer reizigers te trekken.

  • Het tijdelijk afsluiten van de Breestraat in 2014 heeft duidelijk een negatief effect gehad. Vermindering van het aantal bussen in de Breestraat zal een negatief effect hebben op het OV-gebruik. Dat geldt ook wanneer alleen bus R-400 via de route Hooigracht-Langegracht wordt geleid.

 

No video selected.

0.0/5 rating (0 votes)
Categories: Rover-Holland Rijnland